JISPERVELD | WATERLAND
Veenweidegebied, Noord-Holland
veen | slib | zand
Steen recept I: veenbagger + fijn zand
Veen heeft een groot deel van Nederland gevormd. Onder onze voeten liggen oude veenlagen die, zolang we ze nathouden, onze voeten drooghouden. De veensteen vormt een uitzondering in de reeks van ‘op de wind gedroogde aardestenen’, omdat de mineralen hier niet de boventoon voeren maar eeuwenoud plantaardig materiaal.
In de eerste helft van het holoceen is er een marien zandpakket afgezet tot 20 meter dik. Dit bevindt zich op ongeveer 5 meter onder het NAP. Rond 3500 v.Chr. stopte deze afzettingen en namen planten het over. De plantenresten vormden samen met slib een laagje wat je veen noemt. Laagje voor laagje groeide het met het waterpeil omhoog. Het groeide mee in natte periodes en klonk in tijdens droge periodes. In deze omgeving kon het veen boven het waterpeil uitgroeien. Hiervoor benodigd is veel regen en genoeg ruimte om een hoogveenbult te vormen. De top van een bult kan tot 5 meter boven het omliggende waterpeil uitkomen. Het Jisperveld ligt geografisch in het centrum van een ooit uitgestrekt veengebied en was de rug van een hoogveenbult.
Rond 800 is er een periode van droogte waardoor het gebied toegankelijk wordt voor de mensen. De mensen die tot dan toe op de zandgronden leefden, achter de duinen, hadden last van de droogte en begonnen stukje bij beetje het sompige veenlandschap te ontginnen.
Het toverwoord was ‘ontwateren’, er werden slootjes gegraven.
‘Vanaf de strandwallen en de veenrivieren groef men sloten in de richting van het centrum van het veen om het drassige gebied goed te kunnen ontwateren.’
Omdat veen inklinkt wanneer het wordt ontwaterd, daalde het land al vrij snel na de ontginning, waarschijnlijk meer dan anderhalve meter in honderd jaar. Door het dalen van de bodem werd het land natter en was het verbouwen van graan niet meer mogelijk.
"Het is een landschap wat in de 11e – 12e eeuw ontstaan is en dat is langzaam naar beneden gezakt. Maar verder is het niet veel veranderd."
Wat nu een natura2000 gebied is was 300 jaar geleden een industriegebied.
"Er was een hele industrie die gebaseerd was op walvis, je hebt schilderijlijsten gemaakt van walvisbaleinen... Iemand in Zaandam had een pers ontwikkeld om onder grote hitte afbeeldingen in reliëf in walvisbaleinen te persen. Het werd overal voor gebruikt, het was het plastic van de 17e en 18e eeuw.
Veel traankokerijen stonden op de eilandjes in het Jisperveld te roken.
‘Traan kookten ze uit het walvisspek. Dat was voor verlichting, om in te bakken en ze maakte er kaarsen van. Maar de botten zelf boorden ze gaten in, zetten het op een vat en daar droop de knookolie uit. Dat was hele fijne olie die gebruikt werd voor het smeren van medische instrumenten, klokken en telescopen, en bracht ook heel veel op.’
Landschap: 800 na Chr. tot 5m boven zeeniveau
> meerdere duizenden jaren veengroei
Cultuurlandschap: waterland -1,2m NAP, polder -3,0m NAP
> in het jaar 1640 verschijnen de eerste traankokerijen
Mineraal: Slib, veen
Holocene afzetting: marine klei + veen, 24- 28m
Afzetting heden: riet en veenmossen groeien op de ‘landjes’
Eroderen heden: De ‘landjes’ kalven af door de golfslag
Bodemdaling: -1mm/jaar
Water: Het wiel is gevormd door een dijkdoorbraak, het water dook naar beneden en nam het fijne zand meer en sedimenteerde in de polder. Dit is vermoedelijk tijdens de watersnood van 1825 gebeurd.
Wind: drukt de golven tegen de waterkant
Plant: Meerdere soorten veenmossen, riet
Sediment 1: baggerslib
> 0 tot 2000 jaar oud
Sediment 2: Veen
> 0 tot 1200 jaar oud
Sediment 3: fijn zand
> 200 jaar oud